Voegwerk

Voegwerk

leeftijd: vanaf 9

Met Voegwerk oefen je door middel van een dobbelspel het vervoegen van werkwoorden op het gebied van de persoonsvorm, gebiedende wijs, voltooid deelwoord en bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord. Leerlingen kunnen zo in kleine groepjes (extra) oefenen met werkwoordspelling. Tijdens het spel controleren de leerlingen elkaar met behulp van de antwoordenkaartjes. Ze kunnen er dus zelfstandig mee oefenen.

Voegwerk is geschikt voor leerlingen in de bovenbouw van het basisonderwijs. Kinderen in groep 6, 7 en 8 kunnen met dit spel werkwoordvervoegingen oefenen. Maar het is ook zeker geschikt voor volwassenen die spelenderwijs willen oefenen met het vervoegen van werkwoorden.

Inhoud
- 79 kaarten met op één zijde moderne werkwoorden, op de andere zijde 79 correcte vervoegingen bij alle onderdelen
- spelregels
- 2 spelkaarten (1 kaart met 2 zijden)
- extra benodigdheden: dobbelstenen (niet meegeleverd)

Spelregels
Doel: Het verzamelen van zo veel mogelijk werkwoordkaartjes.
Aantal spelers: 2 of meer.
Start: de opdrachtenkaartjes liggen met het werkwoord naar boven. De spelkaart ligt ernaast.

Wanneer er 3, 4, 5 of 6 gegooid wordt geeft de speler antwoord op de bijbehorende vraag op spelkaart 1. Wordt er 1 of 2 gegooid, dan wordt ook de tweede dobbelsteen gegooid. De tweede worp geeft de persoonsvorm aan die gespeld moet worden. Deze staat aangegeven op spelkaart 2. Een andere speler controleert het antwoord met behulp van de achterzijde van hetzelfde werkwoordkaartje. Bij een goed antwoord mag de speler het kaartje houden.

Tip van leesLETTERS
- maak een zin met het vervoegde werkwoord, het liefst een verschillende zin door beide spelers
- schrijf de zin op
- maak als docent van te voren voorbeeldzinnen van het bijvoeglijk gebruikte voltooid deelwoord. Deze zijn niet altijd makkelijk te formuleren.

Uitgave van Schoolsupport, auteur: Suzanne van Osch-Cuppen